Filosofie & eed van de judoka
Filosofie
Judo, letterlijk vertaald uit het Japans: ‘De Zachte Weg’ is meer dan een fysieke sport alleen. Bij het creëren van het judo eind 19de eeuw had grondlegger Jigoro Kano meer voor ogen dan de fysieke training alleen. Judo diende ook een geestelijke training te zijn, en het wederzijds respect voor de tegenstander was uitermate belangrijk. Jigoro Kano wilde met zijn judo-onderricht werken aan de totale vorming van de mens, waarbij lichaam en geest elkaar beïnvloeden.
Het judo bestaat uit twee elementaire principes:
-
Maximale doeltreffendheid met een minimum aan inspanning (Seiryoku-zen’yo)
Een eik en een rietstengel stonden beiden in een geweldige storm. De enorme eik trotseerde met kracht de aanvallen op zijn stabilliteit en de ranke rietstengel boog mee met de windkracht. De eik ontwortelde en de rietstengel overleefde. Het richtte zich na de storm weer op.
-
Voorspoed en algemeen Welzijn (Jita Kyoei)
Judo is een spel van aanval en verdediging, waarbij meegaandheid, soepelheid, evenwicht en wederzijds respect belangrijk zijn. De aanvaller wil in balans blijven en verstoort de balans van de verdediger om hem te werpen, terwijl de verdediger zijn balans wil behouden. Op de grond wil de aanvaller de ander onder controle brengen en houden en de verdediger wil deze controle voorkomen of zich daaruit bevrijden. Dit spel is dynamisch en de rol van aanvaller en verdediger wisselt continu. Opdat er vooruitgang geboekt zou worden moet men rekening houden met de kracht van de tegenstander. Is die zwakker dan jij dan moet je jouw kracht aanpassen, anders leert niemand iets. Er is altijd een wederzijdse afhankelijkheid die moet gerespecteerd worden, pas dan komt men verder. Judo is geen individuele sport. Door dit alles komen lichaam en geest in evenwicht met elkaar. Gedisciplineerd handelen, respect en beheersing tonen in alle omstandigheden, zijn voorbeelden die men in judo kan oefenen en als levenswijze buiten de tatami kan toepassen.
Deze principes worden ook bij Judoclub Oosterzele meegegeven aan alle judoka’s van kleuter tot volwassene. Het is een leerproces dat nooit af is en waar niemand te jong of te oud voor is om aan te beginnen. Men kan dan ook om het even wanneer tijdens het seizoen starten bij Judoclub Oosterzele.
Judo zorgt voor meer dan een goede lichamelijke en geestelijke ontwikkeling. Het verbetert het zelfvertrouwen en legt de nadruk op het respect voor de tegenstander.
Elke les is gebaseerd op drie pijlers:
- De coördinatie: het slim gebruiken van spieren om snel en doelmatig te kunnen bewegen
- De “fysiek”: alle spieren gelijkmatig sterker maken door veelzijdige bewegingen
- De mentale conditie: een groeiend zelfvertrouwen en respect vormen de basis voor het latere leven.
“Jong geleerd is oud gedaan”. Het valbreken is daar een zeer goed voorbeeld van. Een goed uitgevoerde worp leidt niet tot een blessure bij de tegenstander. De judoka die de worp inzet is verplicht ten alle tijden de tegenstander te begeleiden bij zijn val. Werpen doe je niet zomaar, gebeurt begeleid, behoedzaam en met respect. Dit zorgt ervoor dat de uitvoerende judoka zeer goed moet leren om zijn evenwicht te behouden, zowel lichamelijk als geestelijk. Van jongs af aan wordt dit aangeleerd bij de judoka’s. Het klinkt misschien vreemd maar bij judo help je elkaar met het vallen.
Eed van de judoka
Aanwezigheid
Iedere judoka probeert bij de aanvang van de training aanwezig te zijn. Indien men om welke reden dan ook te laat komt, wordt van de judoka verwacht uit respect bij de trainer te gaan en hem/haar te groeten.
Houding
- Er wordt steeds gegroet:
- bij het betreden en het verlaten van de dojo,
- bij het begin en het einde van elke training,
- bij het begin en einde van elke oefening met een partner
- Van alle leden (judoka’s, trainers en bestuursleden) wordt zowel op als naast de tatami het volgende verwacht:
- sportief en gedisciplineerd gedrag
- een respectvolle houding tegenover elkaar en iedereen, los van de graden en volledig in de geest van het judo.
- Er wordt geen agressief gedrag geduld tegenover medejudoka’s noch tegenover derden, zowel op als naast de tatami; pesten wordt niet toegelaten binnen onze club.
Kledij & hygiëne
- De judoka heeft een verzorgd voorkomen
- dagelijkse hygiene
- Kortgeknipte en verzorgde nagels
- Lange haren worden samengebonden
- De tatami wordt steeds betreden met propere judogi (judopak)
- Aangezien de judogi geen straatkledij is, wordt er aangeraden gebruik te maken van de kleedkamers.
- Na elke training is er mogelijkheid tot douchen
- Initiatieleden worden toegelaten met een trainingspak.
- De meisjes dragen een T-shirt onder de judogi.
- Om ons van en naar de tatami te begeven worden er slippers of (sport)schoenen gedragen.
- Om jezelf en anderen te beschermen tegen blessures is het niet toegelaten om tijdens de trainingen siervoorwerpen te dragen zoals ringen, armbanden, uurwerken, halskettingen, piercings enz.
Lidgeld & vergunning
- Het lidgeld en de vergunning dienen vóór de meegedeelde einddatum betaald te zijn. Je bent definitief aangesloten bij onze club na betaling van het lidgeld. Door aan te sluiten bij de club ga je automatisch akkoord met deze “eed van de judoka” dat aan elke judoka wordt gegeven en aan het bord in de dojo wordt uitgehangen.
- De vergunning is geldig voor twaalf kalendermaanden.
- De club werkt onder de statuten van de Vlaamse Judofederatie (VJF).
- De club en haar trainers zijn niet aansprakelijk voor eventuele ongevallen buiten de trainingszaal (dojo)
Op de tatami
- De beslissingen op de tatami vallen onder de bevoegdheid van de trainer.
- Indien een minderjarige judoka van de tatami wordt gestuurd blijft deze in de dojo tot de ouders aanwezig zijn of zolang de training duurt.
- Bij medische problemen raadpleeg je de trainer.
- Als de judoka tijdens de training een kwetsuur oploopt wordt deze onmiddellijk verzorgd.
- De judoka die zich op de tatami begeeft en deelneemt aan de training, moet in het bezit zijn van een geldige vergunning van de VJF.
- Op de tatami wordt niet gegeten.
- Drinken (water, sportdrank of dergelijke) tijdens de training kan enkel mits toestemming van de trainer.
- De tatami verlaten kan alleen mits toestemming van de trainer.